Israel en Palestina - Zaterdag 2 april

Programma: Masada – Qumran – Dode Zee – Jericho

  • Masada
  • Qumran
  • Dode Zee
  • Jericho:
    • Berg van de bekoringen
    • winkel met glas uit Hebron en keramiek
  • Wadi Al Qelt: klooster St.George

Klik hier voor het fotoverslag van deze dag

Uit het dagboek van Mia:

Het wordt een gewoonte: 8 u. is vertrekken.
We rijden Jeruzalem voorbij en algauw verandert het landschap onvoorstelbaar: woeste, dorre, desolate heuvelrijen volgen elkaar op om na verloop plaats te maken voor nog woestere en nog dordere woestijnlandschappen. Toch gedijen dadelpalmen hier welig. In de verte wenkt de burcht van Masada. Een kabellift brengt ons naar boven. We prijzen ons gelukkig, behalve diegenen met hoogtevrees. Toch zou de klim langs het slangenpad mij niet afgeschrikt hebben. Het zou vast een pittige wandeling zijn.

Deze burcht werd ooit gebouwd door dé koning Herodes. Het uitzicht op de Dode Zee is schitterend. We hebben dik geluk met het weer; het is ‘maar’ 36°. Herodes wilde van een vroegere vesting een oninneembare vesting maken om zich te verdedigen tegen de Joden die hem liever weg hadden, maar ook tegen de Romeinen, want Cleopatra wilde via Marcus Antonius graag zijn plaats innemen. We flaneren doorheen de badplaats, opslagplaatsen, duivenhokken (jawel), versterkte muren, keuken…
Het moet een indrukwekkende vesting zijn geweest. En toch is hij ingenomen! De Zeloten verschansten zich na de dood van Herodes in deze vesting (4 v C-73) tot de Romeinen hen na een lange uithongeringsperiode met grote middelen aanvielen. Via een zelf opgeworpen tallud slaagden ze erin om de vesting binnen te dringen. Ze vonden enkel dode lichamen; de Zeloten verkozen collectieve zelfmoord boven slavernij.

Op naar Qumran, het centrum van de Essenen tussen de tweede eeuw v. C en 68 n. C. Ze trokken zich terug in de woestijn ten zuiden van Jericho met zicht op de Dode Zee. Het was een groep zeer orthodoxe Joden die trouw wilden blijven aan het oude geloof. Ze zagen zichzelf als dé mensen van het licht (alle anderen zaten in de duisternis) en de Messias zou met hen opgaan naar Jeruzalem. Ze schreven heel wat boekrollen vol die in 1947 bij toeval terug gevonden werden in grotten in deze streek. Een bedoeïn ging op zoek naar een verdwaalde geit en vond deze schat van onschatbare waarde.
De site van deze kloosterachtige gemeenschap is opnieuw bloot gelegd. Ze leefden volgens heel strenge regels. Dat ze zich vier maal per dag ritueel wasten, is te merken aan het grote aantal rituele baden.

Als je zo dicht bij de Dode Zee bent, dan moet je toch even de gewichtsloosheid in het zout water gaan uitproberen. Wij hadden het geluk deze ervaring al eerder in Jordanië te mogen meemaken, maar ook nu was het vreemd te merken dat je gewoon niet kàn ondergaan. Een blits modderbad kan er ook nog wel bij onder het motto: baat het niet, het schaadt ook niet!

Verfrist en verkwikt stappen we weer op de bus.
Een plezier dat Palestijnen niet kunnen beleven; ze zijn door de Israëlische bezetting afgesloten van de Dode Zee! L  (Klopt dit wel helemaal?)

We rijden terug via Jericho, de oudste stad ter wereld (8000 v C). Vooraanstaande Romeinse families hadden in de warme oase van Jericho met haar vele bronnen hun winterverblijf. Zo ook Herodes, of wat had je gedacht? Jericho is weer Palestijns gebied (zone A = Palestijns bestuur en veiligheid)
(Zone B =    zone C =
Ja, ’t is behoorlijk ingewikkeld. België kan er niet aan tippen!

Bij het binnenrijden valt de grote sleutel onmiddellijk op. Ik denk dat er iets op stond als: once we will returnl! (Verwijzing naar de gedwongen verhuizing in 1948, nakbar = de ramp)
Even buiten Jericho stooppen we voor een fotoshoot op de berg van de verzoeking. Het zou kunnen dat Jezus tijdens zijn 40-daags verblijf in de woestijn in deze streek heeft moeten weerstaan aan de verleidingen van de duivel. Om die reden is er op deze plaats een Grieks-Orthodox klooster tegen de hoge rotswanden ‘gehangen.

Het is in de streek rond Jericho dat het verhaal van de barmhartige Samaritaan kan gesitueerd worden. Ik heb behoorlijk wat foto’s genomen van de desolate, droge, dorre heuvels. Als je hier gewond raakt, is het vast geen lachertje en ben je maar wat blij dat een Samaritaan op je weg komt, denk ik.

Nog één halte om wat kiekjes te nemen van het Sint-Georgesklooster. Ondertussen genieten van het mooie landschap en van de zon. Heerlijk!

Nu gaan we het laatste stuk ‘op’ naar Jeruzalem.
We hebben vandaag een hoogteverschil overbrugd van zo'n 1200 m. De Dode Zee ligt zo’n 417 m ónder de zeespiegel; Jeruzalem op ca 800 m (boven de zeespiegel).

Na het avondeten nog een ontmoeting met Toine van Teeffelen, een Nederlander die zo’n 20 jaar geleden met een Palestijnse vrouw trouwde. Hij werkt voor het Arab Educational Institute. Ook hier weer een verhaal van geweldloos verzet en standvastigheid. De grote affiches met dagelijkse verhalen van gewone Palestijnen die aan de muur zijn opgehangen zijn er gekomen onder zijn impuls. (vbn. Boekje)
Een initiatief dat wat meer internationale aandacht verdient. We willen graag ons steentje bijdragen.

Uit de brochure van Hilde:

Masada

De vesting Masada ligt in een troosteloze, schrale woestijn op een rotsachtige klif die zich bijna tot aan de Dode Zee uitstrekt. In de 2e eeuw voor Chr. bouwden de Hasmoneën en Makkabeeën hier al een vesting. Herodes de Grote begon in 40 voor

Chr. met de uitbreiding ervan; hij wou er een oninneembare vesting van maken, die hem moest verdedigen tegen de joden (die hem van de troon wilden stoten) én tegen de Romeinen (Cleopatra drong er bij Marcus Antonius op aan Herodes uit te schakelen en de heerschappij over Judea aan haar over te dragen). In 30 voor Chr. was Masada voltooid. Een dubbele muur, versterkt met drie torens, omgaf het plateau. Na de dood van Herodes de Grote in 4 voor Chr. namen de Zeloten, een radicale anti-Romeinse groep, Masada in en verschansten zich daar tot het jaar 70. Het Romeinse leger viel in 73 met grote middelen aan en vernietigde Masada. De Romeinse geschiedschrijver Flavius Josephus vertelt hoe de bewoners van Masada zelfmoord pleegden ‘omdat zij de voorkeur gaven aan de dood boven knechtschap’. Masada werd tussen 1963 en 1965 blootgelegd.

De Essenen en Qumran

Terwijl Jericho in vele perioden van zijn geschiedenis een stad van luister en luxe was, trok de omringende woestijn steeds weer asceten aan. Vele kloosters en kluizenaarswoningen getuigen ervan. Zo lag in Qumran, ongeveer 20 km ten zuiden van Jericho, tussen de 2de eeuw voor Chr. en 68 na Chr. het centrum van de Essenen. Het bevond zich op een terras tussen de Dode Zee en de steile helling van de Judeese rotswoestijn. De beweging van de Essenen moet in de jaren 170-150 voor Chr. zijn ontstaan. ‘Essenen’ betekent 'vromen'. Het was een groep zeer orthodoxe joden die het gehelleniseerde stadsleven verlieten om in de woestijn vernieuwing en verdieping te zoeken. Zij wilden trouw blijven aan het oude geloofsgoed. Zij pretendeerden het ware Israël te zijn, de heilige rest, de gemeenschap van het nieuwe verbond. Ze leefden volgens de (meest strenge) wetten van het jodendom en hadden een strikte gemeenschap van goederen. Ze voorzagen zich in hun (sober) levensonderhoud door handenarbeid en landbouw. Tussen Qumran en het christendom bestaan opmerkelijke punten van overeenkomst, maar er zijn ook grote verschillen. Belangrijk zijn de Essenen alleszins voor de bestudering van het Nieuwe Testament. De bibliotheek van deze joodse gemeenschap werd vanaf 1947 bij stukjes en beetjes gevonden in grotten in de omgeving van Qumran; dit gebeurde puur bij toeval toen bedoeïenen op zoek waren naar een afgedwaalde geit. De gevonden tekstfragmenten behoren tot 574 handschriften, werden samengebundeld tot ongeveer 800 bladzijden en onder glasplaten bewaard. De fragmenten kregen verschillende benamingen: de Koperen Rol, het Boek der Zegeningen, de Regel van de Gemeenschap, de Dankpsalmen, de Rol van de Strijd, enz. De Jesajarol is zo goed als gaaf bewaard gebleven en bevat alle 66 hoofdstukken van het bijbelboek. Vanaf 1949 wordt ook gewerkt aan het blootleggen van de kloosterachtige nederzetting. Ze omvat het klooster en de verblijfplaatsen errond. Daarbij vond men onder andere zeven schalen voor rituele reiniging, en leidingen en aquaducten die het water voor die reiniging aanvoerden uit veraf gelegen bronnen. Een eigenaardige zaal met tafels voorzien van inktpotten was de werkplaats van de schrijvers van de gemeenschap. Ten oosten van de nederzetting ligt een begraafplaats met meer dan 1.000 graven.

De Dode Zee

De Dode Zee (76 km lang, maximale breedte 18 km en maximale diepte 433 m) is de laagst gelegen plaats ter wereld. In 2005 lag de waterspiegel van de Dode Zee 417,5 meter onder zeeniveau. Deze waterspiegel blijft dalen. De Dode zee valt onder Jordanië en Israël , het bevindt zich tussen de Jordaanvallei in het noorden, de bergen van Moab in het oosten, de Arava-vallei in het zuiden, en de bergen van Judea in het westen. De oppervlakte is 1020 km². De naam ‘Dode Zee’ verwijst naar het feit dat er in dit water geen leven mogelijk is voor hogere organismen. Ten gevolge van een sterke verdamping en geen verbinding met een open zee blijven vele mineralen achter. Het soortelijk gewicht van dit water is 1,166. Daardoor kan het menselijk gewicht niet zinken. De Dode Zee is een van de meest bizarre landschappen ter wereld. Op veel plaatsen rijzen zoutpilaren als stalagmieten uit het water op. Het meer heeft zich meer dan twee miljoen jaar geleden gevormd.
Potas en bromide zijn de belangrijkste producten die hier gewonnen worden. Kuuroorden in de buurt trekken vooral mensen met psoriasis en reuma aan.

Jericho (Yeriho)

De stad ligt in het Jordaandal (bijna 400 m onder de zeespiegel) en wordt de 'palmenstad' genoemd. Dit dal is bijna een tropisch gebied. Jericho is een groen tapijt in een hete woestijnvlakte.
De rijkste bron van deze vruchtbare oase wordt, naar het bijbelse verhaal (2 Kon. 2,19) nog altijd de Elisabron genoemd. Ze ligt tegenover het beroemdste opgravingsveld van Jericho, de Tell of Ein Es-Sultan.
Jericho is de oudst bekende stad ter wereld, door sommigen beschouwd als bakermat van de beschaving. Archeologen vonden hier sporen van constructies van 8.000 voor Chr. In de geschreven geschiedenis wordt de stad pas vernoemd in de 13de eeuw voor Chr., bij de inname van het land door de stammen van Israël (Joz. 6). Het oude Jericho werd beschermd door een 2 meter dikke muur en een ongeveer 9 meter hoge stenen toren, die met een wenteltrap beklommen kon worden. In de wirwar van muurresten in het opgravingsterrein is hij duidelijk te zien. Sedert de tijd van Herodes bouwden vooraanstaande families in de warme oase van Jericho met haar vele bronnen hun winterverblijven. Het indrukwekkendste voorbeeld ervan is het ruïnecomplex Khirbet El Maffir, 3 km ten noorden van de moderne stad, aan de weg naar Bet She'an. Ten zuidwesten van de moderne stad zijn de ruïnes blootgelegd van het hellenistische Jericho, dat Jezus aandeed op weg naar Jeruzalem. Herodes had hier zijn winterverblijf. In het westen hangt hoog tegen de rotswanden van de Berg van de verzoeking het Grieks-orthodoxe klooster Deir Quarantal (1874). Sinds de Byzantijnse tijd wordt hier de plaats vereerd waar Jezus tijdens zijn veertigdaags verblijf in de woestijn door de duivel in verzoeking zou zijn gebracht (Lc. 4,5). Meteen ten noorden van de Tell liggen de troosteloze leemhutten van een reusachtig vluchtelingenkamp, dat in 1967 werd opgeheven. Het moderne Jericho - sinds de vredesakkoorden van Oslo (1993) onder Palestijns bestuur - wordt gekenmerkt door zijn bloemenpracht, het groen van zijn tuinen en de smakelijke vruchten van zijn subtropisch klimaat, die overal op straat worden verkocht. Ongeveer 9 km naar het oosten ligt de Allenbybrug, de enige open grensovergang met Jordanië.

Sint-Jorisklooster 

Het hoogteverschil tussen Jericho en Jeruzalem bedraagt ongeveer 1200 m. De landschappelijke verscheidenheid is dan ook enorm. Op het punt waar de Wadi El Qelt zich opent naar de Jordaanvlakte leidt een voetpad naar het oeroude St.-Jorisklooster. Geïsoleerde poortbogen, overeind gebleven bruggen en vervallen muurresten herinneren steeds opnieuw aan vervlogen tijden. Het dal werd in de Byzantijnse tijd bewoond door monniken en kluizenaars. Woongrotten en waterleidingen herinneren nog aan die periode. Als een adelaarsnest hangt tegen de steile helling aan de overzijde het klooster, gebouwd in 1871. Het wordt nog steeds bewoond door enkele bejaarde, Grieks-orthodoxe monniken, die in de vallei een paar verrassend groene tuinen onderhouden. Het klooster werd opgetrokken op de locatie van een monnikenconvent uit de 5e eeuw. In 614 hebben joodse godsdienstfanaten alle monniken afgeslacht. Het Sint-Jorisklooster is toegewijd aan Georgios van Koziba, de bekendste monnik die hier leefde. Op de plek van de abdij zou Elia op de weg naar Sinaï hebben gerust, en hier zou ook een engel aan Joachim de geboorte van Maria hebben aangekondigd.

Bijbelteksten:

  • Dominus Flevit (Jezus weent over Jeruzalem): Lc. 19, 41 – 44
  • Intocht in Jeruzalem: Mc. 11, 1 – 11
  • Hof van Olijven (doodstrijd in Getsemane): Mc. 14, 32 – 52
  • Bethesda (badplaats – genezing van de lamme): Joh. 5, 1- 9
  • Via Dolorosa (kruisweg): Mc. 14, 43 – 15, 47 (lijdensverhaal)

Mogelijke contacten:

Links:

Volgende dag